Er werden in totaal 106 dierlijke monsters genomen die werden geanalyseerd op de vier PFAS-congeneren die door EFSA als belangrijk worden beschouwd in de blootstelling aan PFAS via de voeding (PFOS, PFOA, PFNA, PFHxS) en op hun som. Er werden 30 monsters genomen van eieren (van kippen met en zonder buitenbeloop), 10 monsters van melk en 66 monster van vlees (kippen en varkens met en zonder buitenbeloop en runderen). Op basis van de resultaten van de dierlijke producten werd beslist om geen bijkomende bemonstering uit te voeren van plantaardige producten.
In 7 van de 106 monsters werden sporen van PFAS aangetroffen, maar de gehalten zijn lager dan de toekomstige Europese normen. Daarom kon worden besloten dat de betrokken landbouwbedrijven op dit ogenblik geen bijkomende maatregelen moeten nemen en de producten veilig zijn voor consumptie.
FAVV zet zijn controles in 2023 verder
Vanaf 1 januari 2023 worden de EU-normen voor 4 PFAS-congeneren en hun som van toepassing voor een reeks dierlijke producten.
Levensmiddelenbedrijven moeten erop toezien dat hun producten conform zijn aan deze nieuwe normen. In de eerste plaats zijn zij zelf verantwoordelijk zijn voor de producten die ze op de markt brengen. Bedrijven moeten rekening houden met mogelijke milieuverontreiniging in hun autocontrole. Het FAVV publiceerde richtsnoeren om bedrijven, die aanwijzingen hebben dat ze gesitueerd zijn in gebieden die verontreinigd kunnen zijn met PFAS, te helpen bij de monitoring van hun producten.
Het FAVV voert al meer dan 10 jaar een algemene monitoring op PFAS in de voedselketen. Deze monitoring via het “algemeen controleprogramma” wordt in 2023 verder gezet. Hierbij gaat het om analyses van producten ongeacht hun oorsprong (dus steekproefsgewijs genomen overal in België).
Daarnaast voorziet het FAVV ook een gerichte monitoring bij landbouwbedrijven gelegen in zones die door de gewesten afgebakend zijn. Hierbij zal het FAVV in de eerste plaats nagaan of de bedrijven in deze gebieden effectief rekening houden met de milieuverontreiniging in hun autocontrole. Daarnaast zullen er ook een 50-tal monsters van dierlijke producten worden genomen om na te gaan of deze voldoen aan de toekomstige Europese normen.
Het FAVV staat in nauw contact met de betrokken overheden en heeft in het kader van zijn expertise in het domein “voeding” deelgenomen aan de PFAS-werkgroepen die door Vlaanderen werden gecoördineerd. Het FAVV communiceert binnen zijn bevoegdheden ook via de sectorverenigingen naar landbouwbedrijven en de voedingsindustrie.
Minister Clarinval benadrukt: “Ik heb de Europese Commissie hierover bevraagd en ben dus blij met de komst van geharmoniseerde normen in 2023, waarmee een betere voedselveiligheid in de Europese Unie gegarandeerd kan worden. We zijn ook tevreden over het feit dat de waarden van de geanalyseerde levensmiddelen lager liggen dan deze toekomstige normen.”.
---------------------------------------------------------------------------------
1 Tussen augustus en november 2021 zijn 175 monsters genomen van levensmiddelen afkomstig van verschillende landbouwbedrijven in Vlaanderen. Uit de resultaten bleek dat het niet noodzakelijk was om op dat moment bijkomende maatregelen te nemen.
2 Deze resultaten wijzen niet op de aan- of afwezigheid van verontreinigde gebieden. Het is de bevoegdheid van de Regio’s om dit te bepalen. Het FAVV ziet erop toe dat de op de markt gebrachte producten aan de wetgeving voldoen.
![]() |
Contactpersoon voor de pers: Hélène Bonte helene.bonte@favv.be Tel.: 0478 50 59 31 |
Bijkomende informatie
Publication date
Laatst bijgewerkt
26 Jun 2023
Type document
Persbericht